ROOTSTIME.BE – Donder

Ik heb er, eerlijk gezegd, geen idee meer van, of de debuutplaat van dit Belgische jazz-trio hier ooit aan bod kwam. Hoe dan ook, was “Still” een onvoorstelbaar mooie plaat, waarbij ik me afvroeg of het trio die ooit zou kunnen overtreffen. Intussen zijn we anderhalf jaar verder in de tijd en heeft het trio Harrison Steingueldoir / Stan Callewaert / Casper Van De Velde, dat sinds de voorbije plaat aangegroeid blijkt tot een kwartet, met toevoeging van rietblazer Lars Greve, een weg afgelegd, waar veel jonge bands alleen maar kunnen van dromen: in oktober 2017 wonnen ze het “Storm”-contest in Brugge, iets wat Casper ook in 2015 al deed, maar dan met z’n andere band, SCHNTZL. De winst in 2017 bracht een tweejarige samenwerking opleverde met KAAP, het kunstencentrum dat in Brugge en Oostende kunstenaars van allerlei slag aan een podium helpt, in dit geval met inbegrip van een derde plaat, die er begin 2019 zou moeten zijn. Rond de tijd dat ik dit uittik, is het kwartet bezig aan een viertal concerten, die het uitkomen van de plaat moeten ondersteunen, maar ook komende zomer zijn ze op een aantal festivals te zien en de grote forcing wordt vanaf januari 2019 gevoerd, met een tiental al aangekondigde concerten overal in Vlaanderen.

De nieuwe plaat dus: die werd, wellicht onder invloed van de aanwezigheid van Lars Greve en van het feit dat bassit Stan Callewaert er sinds een paar jaar woont en studeert, in één dag opgenomen in de Konsertkirken in Kopenhagen, een locatie die vaak gebruikt wordt door jazzmensen, vanwege de uitgesproken akoestiek, die deze kerk herbergt. Acht nummers staan erop en die doen exact wat goeie muziek hoort te doen: ze slorpen je op, ze zuigen je volledige aandacht naar zich toe en je leeft een kleine drie kwartier compleet IN de muziek. Toegegeven, dit is niet bedoeld voor onervaren oren en de plaat is wellicht niet meteen als “toegankelijk” te omschrijven, maar dat heeft alles te maken met de weinig conventionele manier van spelen van het viertal, dat veelal improviseert en de grenzen van de instrumenten verkent, maar wel een bijzonder soort schoonheid weet te creëren. Opener “Lichaamloos”, bij voorbeeld, drijft op een fantastische conversatie tussen de piano en de contrabas. terwijl “Óskar” de hoofdrollen door Casper en Lars laat invullen. Ik heb geen idee welk stuk uitgeschreven was en wat geïmproviseerd werd, maar deze muziek is zo puur, zo naturel, dat ze je midscheeps raakt. “Mirror” lijkt een rollend onweer uit te beelden en “Someone to Make Breakfast For” is een toonbeeld van de broosheid, die Donder kan uitstralen.

Voor ik aan deze lijnen begon, heb ik de plaat een keer of tien beluisterd -ik schrijf opzettelijk niet “gehoord”- en dat is wat ze nodig heeft: luisteren en her-luisteren, zodat ze zichzelf, laagje na laagje, kan prijsgeven. Vandaag klinkt de plaat mij al vertrouwd in de oren, al ontdek ik ook nu nog nieuwe facetten van deze diamant. “Vinterlys” (=winterlicht) brengt alles wat die titel belooft en maakt je vooral heel erg stil. De natuur en wat daarin omgaat, was ook al op de vorige plaat een bron van inspiratie en dat is nu niet anders: ook “Nachtzwemmen“ en “When The Sea Is Empty” verwijzen er naar en in haar geheel vind ik deze tweede plaat nog sterker dan het debuut: de inbreng van Lars Greve verschaft het trio een nog breder palet én het brengt hen een zielsverwant bij, die al even avontuurlijk is ingesteld als Donder zelf. Schitterend geschoolde jongelui, die technisch bijzonder begaafd zijn, maar die vooral bezig zijn grote muzikanten te worden: hun eigen taal is volop in ontwikkeling en de poëzie, die ze ermee schrijven, overstijgt elke grens en elk genre. Laat ik het zo stellen: wie bij deze bijzondere plaat geen kippenvel krijgt, die heeft een serieus probleem !

(Dani Heyvaert)

Harrison Steingueldoir – piano
Stan Callewaert – double bass
Casper Van De Velde – drums
Lars Greve – (double) clarinet, bassclarinet, tenor saxophone

CLICK HERE – REVIEW

Tags: